Schriftlezingen: Jesaja 9.1-6; Lucas 2.1-14, bij dageraadsmis ook 2.15-20

Kerstmis heeft vele facetten en ook vele Schriftlezingen. Ik heb gekozen voor Jesaja en Lucas.

In ons Credo belijden wij dat Jezus als een vreemdeling onze wereld binnenkomt. Hij komt van elders, van de heilige Geest, vanuit Gods wereld. Hoe kan ‘t ook anders als je moeder Maagd is. En hij wordt zeker niet met open armen ontvangen. Koning Herodes ziet in hem een rivaal, bij elke herberg wordt hij afgewezen, in Nazareth, zijn ‘home’, gooien ze hem eruit. God wil ons bezoeken in de persoon van Jezus, maar Hij is niet welkom. Hij is ook niet welkom in de tempel, het ‘huis van mijn Vader’, wordt afgewezen door de religieuze leiders en tenslotte uit de weg geruimd. Er is geen plaats voor hem in hun wereld.

De Jesaja lezing straalt het onverwoestbare geloof uit dat God zelf deze wereld zal maken tot ‘Hij zag dat het goed was’. Dat is van alle tijden. Hoe donkerder de toekomst, mensenhandel, discriminatie, vernietigingskampen, steeds is er ook de hoop dat Gods gerechtigheid zal prevaleren en dat Hij zijn Schepping niet aan hebzuchtige herders en heersers zal overlaten. Juist op momenten dat ‘t helemaal mis lijkt te gaan, steekt deze hoop de kop op. In de nazivernietigingskampen bijv. werden, ondanks alles, vrolijke marsen gespeeld.

Het Evangelie laat engelen zingen: “Heden is u een redder geboren, Christus de Heer”. Aan dit kind (geen prins of titelkandidaat) dat als een vreemdeling ergens buiten geboren wordt, kleeft deze onverwoestbare hoop. Wie zat op een redder te wachten?  Ja, mensen aan de periferie zoals de herders (de enigen die gingen kijken), zoals Maria, de oude Simeon en Anna, de stom geslagen Zacharias, de lamme, melaatse, blinde, de, zeg maar, ‘kleinen/minsten’, mensen aan de periferie.  Maar zij die het voor het zeggen hadden, een keizer Augustus, Quirinius, Herodes, Pilatus Annas en Kaiaphas, Farizeeën en Schriftgeleerden zaten allerminst op een redder te wachten. Die zou hun wereldje afbreken, op de kop zetten zoals Maria in het Magnificat zingt: “Heersers stoot hij van hun tronen, arme en kleine mensen maakt hij groot”. Zij juicht: “om God mijn redder, want Hij heeft met respect omgezien naar mij, zijn onbelangrijke dienares”. Kerst is geen randgebeuren – Kerst betekent een totale ommekeer. ‘Onze’ wereld gaat op z’n kop, ons waardensysteem, onze maatschappelijke en kerkelijke ladders. Dát opent een nieuwe wereld. Christen zijn is niet onschuldig, niet ongevaarlijk, het kostte Jezus zijn leven!

Zalig Kerstfeest of een Zalige ommekeer.

Henk Bloem, pastor

Blogs bij de lezingen van Kerstmis leest u hier op onze website.