Schriftlezingen: 2 Koningen 4,8-11,14-16a; Romeinen 6,3-4,8-11 en Matteüs 10,37-42

Van binnenuit veranderen, zegt het liturgieboekje. Als het alleen om de buitenkant gaat, dan veeg je ’t ook zo weer weg. Ds. Stephan de Jong vertelt:
Parabel van engel en vogel
‘Wat ben je stil’, zei de engel.
‘Ik ben in de rui’, antwoordde de vogel
De engel wilde weten wat dat was.
‘Elk jaar laat ik mijn oude versleten veren los en krijg ik weer nieuwe. Dat ruimt lekker op.’
De vogel keek opzij naar de vleugels van de engel.
‘Ben jij ook wel eens in de rui?’
‘Ja, maar anders.,
‘Hoe dan?’
‘Vanbinnen. Ik laat soms mijn versleten geloof los en ga dan opnieuw geloven. Dat ruimt lekker op.’

Een kettingreactie: Een welgestelde gastvrije vrouw brengt haar enthousiasme over op haar gasten. Welgesteld: daardoor kan ze gul zijn, en als ze bemerkt dat hun bezoeker een heilige Gods is, verbouwt ze het hele huis voor hem. De profeet Elisa wil wat terug doen. “Kunnen we dan werkelijk niets voor haar doen?” Haar gastvrijheid maakt onvermoede krachten bij anderen los.
Het zijn godvruchtige mensen, hebben financieel alles, maar ze hebben geen toekomst, geen perspectief, geen kinderen en hoeven die ook niet meer te verwachten.
Hun gastvrijheid krijgt een onverwacht antwoord. “Ja, ze kunnen wat doen”: Toekomst geven, hoop geven. Een zoon wordt hen beloofd, terwijl ze zich er al bij neergelegd hadden dat dat niet zou kunnen. Dit verandert hun toekomst, hun perspectief. Onverwacht, maar niet onverhoopt. Hoop doet leven…is het dat wat ze voor hen kunnen doen?

In het fragment uit de Romeinenbrief benadrukt Paulus dat leven doods kan zijn, zondig en ongeïnspireerd — maar dat leven ook “levend voor God in het spoor van jezus”, kan betekenen. Deze theologische verzen lijken meer een bijscholing en bemoediging dan een eerste contact van Paulus met zijn missiegebied. En het motto: “van binnenuit veranderen” past hier goed bij.

De evangelietekst kent tien keer de vraag: Wie zo, of zo doet…gevolgd door een zin als: “Wie niet zo leeft/doet, kan ’t wel vergeten”. De vraag aan ons is: Wat doe ik, hoe leef ik van binnenuit? Niet voor de show… (dat houd je toch niet vol) …niet voor de buitenkant, maar met Christus als het centrum, het hart van ’t leven.
Christen-zijn is meer dan een vernislaagje. En “tenminste één keer per jaar biechten en in de paastijd de Heilige Communie ontvangen” beperkt het christen-zijn tot ’t minimale, zelfs juridisch minimale: “Dan ben je safe en kan God je niets maken”. Maar dat is geen: “levend voor God in het spoor van Jezus”. En als de Paus vraagt dat we de viering van de eucharistie tot kern van ons leven maken, en daarmee de relatie met onze naasten verdiepen en omvormen…dan is dat wat anders dan de minimalistische vijf geboden van de kerk! Door de “en daarmee” gaat het niet sec om de eucharistie. Maar om de eucharistie als inspiratiebron voor het leven van alle dag. Daar past een minimalistisch denken niet echt bij!

Henk Bloem, pastor

Voor blogs bij de lezingen van deze zondag: lees hier.