Schriftlezingen: Daniel 7,9-10, 13-14; 2 Petrus 1,16-19 en Matteüs 17,1-9

Het nachtelijk visioen brengt licht in Daniëls duisternis, maar roept bij ons alleen maar vragen op. Wij zijn niet zo gewend aan de apocalyptische stijl – daar kan het boek “Apocalyps” (= apo-kaluptoo = ont-hulling of open-baring) over meepraten. Wij vragen meteen: Wie is die hoogbejaarde? En dat vuur, die vurige troon en die duizenden volgelingen? En wat betekent dat openen van de boeken? En die mens die eeuwige heerschappij krijgt. Wie stelt dat voor?
Misschien is de opmerking van Daniël – “Ik was in verwarring” (7,15) – de sleutel. Die opmerking is meer dan een mededeling over Daniëls gemoedstoestand. De lezer maakt zelf deze verwarring mee. Beleeft de dreigende macht van naburige koninkrijken die als woeste beesten om hen heen draaien. Maar…ziet ook het sprankje hoop dat tussen de hoorns van de laatkomer opbloeit. Hoop die doet leven.
Deze apocalyptische literatuur doet geen mededelingen over hoe en wat en wanneer. Gaat niet van auteur naar lezers – eenrichtingsverkeer. De lezer speelt mee: is deel van de verwarring, de onzekerheid, bangheid maar ook van de eerste tekenen van hoop.
Uiteindelijk zullen de heiligen van de allerhoogste (wetsgetrouwe Joden?) het koningschap ontvangen en voor altijd en eeuwig bezitten. Een menselijke, warme finale zal het zijn…die hoop doet leven (7,27). Het boek Daniël wakkert deze joodse droom van de wetsgetrouwe Joden weer aan.

In het evangelie: Jezus en drie leerlingen – alleen boven op de berg – zien Jezus zoals ze hem nog nooit gezien hebben. Ze denken hem te kennen, maar blijkbaar is er meer over hem te zeggen dan zij al wisten. Metamorfose = totale verandering. Mozes en Elia, twee kopstukken uit de joodse traditie komen erbij. Petrus vindt het zo wel mooi en wil ’t wel zo houden.
Maar dan identificeert Gods stem de persoon van Jezus: “Mijn Zoon, luistert naar hem”…waarbij “luistert naar hem” meer is dan louter fysiek horen. Naar hem luisteren betekent: ‘Hem achterna’, betekent ‘in zijn voetstappen te treden’. Dit is geen triomfale intocht zoals Matteüs 16,21-28 duidelijk maakt: vers 24…laat hij dan met zichzelf breken, zijn kruis opnemen en mij volgen”.

Henk Bloem, pastor

Voor blogs bij de lezingen van deze zondag: lees hier.