Schriftlezingen: Deut. 26.4-10; Rom. 10.8-13; Lucas 4.1-13.

Vooraf: Op de zondagen van de 40-dagentijd zijn de oudtestamentische lezingen niet,zoals gewoonlijk,gekozen in functie van de evangelielezingen. Ze hebben een eigen rol en belichten de grote etappes van de heilsgeschiedenis. In de vroege (oude!) kerk markeerden deze lezingen de etappes in het onderricht en de geloofsgroei van de catechumenen die zich voorbereidden op hun doop in de Paasviering.

Deuteronomium wil hen die al in het land van belofte wonen motiveren en inspireren. Daartoe worden woorden en onderricht dat hiervoor belangrijk is, teruggeplaatst in de tijd van Mozes zodat ze een fundament-eel gezag krijgen voor het leven in het land van belofte. Zo moet Israel jaarlijks ritueel vieren dat het land, de vruchten, niet VAN hen maar VOOR hen zijn. Zij hebben ‘t gekregen! Gekregen dankzij God – steeds specifiek met de naam JHWH, de God van het verbond, aangeduid.

Bij dit ritueel hoort de oude geloofsbelijdenis die de heilsgeschiedenis kort samenvat en daarom op deze 1e vastenzondag gelezen wordt. In onze vertaling staat ‘STAANDE’! Dat is de houding van vrije mensen (zoals ook: “..voor uw aangezicht te staan, en uw dienst te verrichten”) maar in het Hebreeuws staat gewoon: voor de Heer. Ze herinneren zich hun verleden als ontheemden, vreemdelingen (Arameeërs). Maar eenmaal te massaal, te groot, werden ze als slaaf misbruikt en onderdrukt. Dank zij JHWH zijn ze bevrijd en Hij heeft hen dit land geschonken. Merk op: 2x het woord ‘geschonken’: het land is niet VAN hen maar VOOR hen. Deze belijdenis begint met “ik/mijn” in vers 5, gaat over naar de “wij/ons”- vorm (vers 6-9) en keert terug naar de “ik”-vorm (vers 10). Een samenspel van individuele eigenheid én deel van het verbondsvolk, zoals wij ook bidden: Ik geloof in God…

Bij de doop daalt de heilige Geest op Jezus neer, en een hemelse stem zegt: “Jij bent mijn geliefde Zoon.” ‘Vol van heilige Geest’ gaat hij dan, gedreven door de geest naar de Woestijn. In vers 14 keert hij ‘in de kracht van de heilige Geest’ terug naar Galilea en begint zijn missie. Daartussen in – 40 dagen zoals de 40 jaar van het volk – is hij alleen, in de woestijn, en steekt de duivel de kop op en test hem uit. (‘Uittesten’/‘op de proef stellen’ is beter dan ‘bekoren’): “Als je echt de geliefde Zoon bent, dan ben je toch almachtig, dan is toch alles van jou, dan heeft de zwaartekracht toch geen vat op jou?” Dat is toch: Zoon van God zijn? Jezus antwoordt 3x met een fundament-eel citaat uit Deuteronomium. Fundament voor de toekomst in het land en voor Zoon van God zijn.

Mooi om te zien dat Jezus aan het kruis nog een laatste kans krijgt. Daar spelen de drie tests weer op! Van begin tot eind staat zijn leven onder die spanning, en moet hij kiezen. Een duiveltje keert altijd terug; dat wist Lucas al, gezien de afsluiting in vers 13. Op het kruis wordt Hem tot 3x toe toegeroepen:
Als je de gezalfde van God bent / als je de koning van de Joden bent / als je de Christus bent…. red dan jezelf” (Lucas 23.35-43). Tot het laatst toe moet hij kiezen HOE hij de Gezalfde, de Christus, Koning wil zijn. Jezus staat niet op zijn strepen maar geeft in alles de voorrang aan God, aan de Vader: Uw naam worde geheiligd, Uw rijk kome, Uw wil geschiede. Dat geeft ook een heel ander beeld van zijn God/Vader. Misschien goed om hier het boek van Thomas Halik, ‘Raak de wonden aan’, Kok 2018 naast te leggen.

Het Griekse woord diabolos ligt aan de oorsprong van ons woord duivel. Letterlijk betekent diabolos zoiets als ‘er een warboel van maken, tegen elkaar opzetten, belasteren, bedriegen’. Geen gezellig heerschap om mee van doen te hebben.

Henk Bloem, pastor

Voor blogs bij de lezingen van deze zondag: lees hier