Schriftlezingen: 1 Sam 3,3b-10.19; 1 Kor 6,13c-15a.17-20 en Joh1.35-42c
“De lamp van God was nog niet gedoofd”; in de woorden “nog niet” voel je dat het niet lang meer zal duren. De ervaren priester Eli (zie 1 Sam 2.27vv) helpt de onervaren Samuel om Gods stem te onderscheiden. Die herken je niet zomaar. Denk niet te snel dat God tot jou spreekt. Samuel kreeg ’t pas bij de derde keer door.
Paulus vermaant de Korintiërs: “Het lichaam is niet voor de ontucht, maar voor de Heer, en de Heer voor het lichaam”. Zijn bedoeling is duidelijk: “Vlucht weg van ontucht.” Ontucht is voor hem: zondigen tegen je eigen lichaam – een lichaam dat tempel van de heilige Geest zou moeten zijn/blijven. Het woord “ontucht” en de waardering die daarmee gegeven wordt , is in de loop der eeuwen vaak veranderd.
Het evangelie vertelt van de eerste ‘roepingen’. Johannes ziet Jezus:“Daar is het Lam Gods”. Dat is voor de twee leerlingen van Johannes het signaal om Hem te volgen en te vragen waar hij zijn verblijf heeft. “Verblijf”??? Is dat een vraag naar zijn huis/woonplek? Of vragen ze: ”Waar leef je van? Waar zit je met je hart? Wat is je diepste drijfveer?” Andreas vraagt zijn broer Simon erbij—en Jezus ziet “kefas” = rots in Hem, wat in onze rk kerk een eigen leven is gaan leiden rondom de pausen.
Emeritus-pastor Henk Bloem
Lees voor meer verdieping bij de zondagslezingen de Blogs van de week