In mijn vorige blog schreef ik n.a.v. een uitspraak van psychiater/filosoof Damiaan Denys waarin hij stelde dat het een goede zaak is dat het coronavirus voornamelijk zwakke en zieke mensen treft en ons daarmee verlost van een bevolkingsgroep die zwaar op de maatschappij drukt. Een uitspraak die nogal bot overkomt en tegen ons gevoel van medemenselijkheid ingaat. Mensen hebben immers een eigenwaarde, die druk je niet uit in economische termen. Ik eindigde mijn blog met een gewetensvraag. We kunnen wel schrikken van zo’n uitspraak als van Denys. Maar als we eerlijk naar ons economisch systeem kijken, accepteren we dan niet impliciet dat veel kwetsbare en arme mensen, planten, dieren een leefbaar bestaan onmogelijk gemaakt wordt? Is er in dit systeem respect voor de eigenwaarde van de aarde en al haar levensvormen?

 

Normal is over

Een poosje geleden zag ik de film ‘Normal is over’, van Renée Scheltema. De film gaat over de erbarmelijke staat van de aarde en haar bewoners; hoe het zo gekomen is en wat we zouden kunnen doen om het tij te keren. In een nabespreking met de filmmaakster zei zij dat ze het coronavirus ziet als een symptoom van een gebroken systeem. Maar om dat systeem te herstellen, of beter, anders vorm te geven, wijst ze ons erop dat we eigenlijk eerst onszelf moeten herstellen. Vergelijk het met vrede. Als we geen vrede in ons zelf en met ons zelf kunnen hebben, dan kan er ook geen (wereld)vrede zijn.

 

Gebaseerd op schuld

Ik heb nooit economie gehad op school en me altijd afgevraagd waarom de economie moet groeien. Want, wat ik wel op mijn klompen kan aanvoelen is dat voor een oneindig groeiende economie steeds nieuwe grondstoffen en energie nodig is, maar dat dat op een fysiek begrensde aarde per definitie niet mogelijk is. In de film werd heel duidelijk uitgelegd waarom de huidige economie groei nodig heeft. Economische groei is gebaseerd op rentedragende schuld. Als je geld leent (als bedrijf bijvoorbeeld) van de bank dan heb je een schuld bij de bank die je met rente terug moet betalen. Op die manier wordt er geld gecreëerd als rentedragende schuld. Er is dus altijd meer schuld dan geld. Om die schuld af te lossen is er heel veel productie en consumptie nodig. Nu komen de banken erachter dat ze zoveel geld hebben uitgeleend dat de aarde in werkelijkheid niet al die productie en consumptie kan dragen. Daarom is er een directe link tussen de schuld uitgedrukt in geld en wat we verschuldigd zijn aan de natuur.

 

Afwentelen

Dat het geldsysteem is gebaseerd op rentedragende schuld zal eraan bijgedragen hebben dat de negatieve gevolgen van economische activiteiten nooit zijn meegenomen in de prijs van het eindproduct. Dan zou alles veel duurder geweest zijn en de consumptie wellicht op een lager niveau zijn gebleven. Volgens een econoom in de film zou de literprijs van benzine dan vier keer zo hoog zijn. Nu worden de negatieve gevolgen van onze vliegtickets, hotelovernachtingen, de productie van voedsel, kleding, elektronica en andere spullen, afgewenteld op de natuur (ontbossing, overbevissing, wateronttrekking, vervuiling van land, water en lucht, dierenleed, verlies van leefgebieden), op kwetsbare mensen, met name in ontwikkelingslanden maar ook dichterbij huis (te lage lonen, geen eerlijke prijs voor hun producten, verlies of vervuiling van woonomgeving), en de volgende generatie (klimaatverandering, uitputting grondstoffen, vervuiling). Dit afwentelen van de negatieve effecten beschouw ik als een gebrek aan respect van de eigenwaarde van mens en natuur. Mensen, planten, dieren, ecosystemen, rivieren, bossen, oceanen, meren, zijn in het huidige economische systeem gedegradeerd tot productiefactoren. Dat daarbij hun levenswaarde geschaad wordt lijkt van ondergeschikt belang. Het wordt afgedaan als nevenschade (die slechts deels hersteld wordt met belastinggeld).

 

Omwenteling

Willen we een leefbare aarde aan de volgende generatie doorgeven (en wie wil dat niet?) dan wordt het hoog tijd voor een ander economisch systeem en een andere manier van leven. Die twee gaan hand in hand. Veel economen zeggen dat we nu de kans moeten grijpen om een omwenteling te bewerkstelligen, om een duurzamere economie te ontwikkelen. Er worden van diverse kanten ideeën daartoe aangedragen. Er zijn ook al veel (kleine) initiatieven. Die geven mij hoop voor de toekomst. Maar mijn dochter waarschuwde mij: “Lees je dat niet allemaal omdat jij leeft in een Groene Bubbel? Het grootste deel van de mensen lezen hele andere dingen.” Misschien heeft ze gelijk. Bij Lex Oomkes (politiek columnist in Trouw) lees ik ook over de onwil van de politiek om over de oorzaken van de (corona)crisis te discussiëren en over hoe we na de crisis moeten verder gaan.

Desondanks wil ik me daardoor niet laten ontmoedigen. Want wat de coronacrisis ook laat zien is dat er samen veel meer mogelijk is dan we ooit hadden gedacht. De zorg voor elkaar is groot en we beschikken blijkbaar over een groot aanpassingsvermogen als de urgentie maar zichtbaar genoeg is.

Wordt vervolgd.

Marjolein Tiemens-Hulscher