De blogs van deze week gaan erover hoe belangrijk het is om niet alleen te hebben, maar vooral om er voor de ander te zijn.

 

Het evangelie begint met: “Als jullie mij liefhebben…”

Ooit een dag
zal het afscheid van dit leven
mij zwaar worden.

Blijf dan bij mij met zachte handen
als in het begin
vertel van onze liefde van ons samenzijn.

Niemand kan dit verstaan
maar blijf dan bij mij
en ik zal niet bang zijn.

Want zo’n liefde
reikt verder dan dit leven. Bert Wirix

Een vriend is niet die u aan ‘t hart wil sluiten
in uw geluksuur en zich niet genoeg doen kan,
maar die den balling bij zich binnenroept en dan
de deur toeslaat tegen de wolven buiten
J. H. Leopold

Het Evangelie zegt:
dat de wereld niets begrijpt van de Geest-Gods
dit in tegenstelling tot de volgelingen van Jezus.

Als je werkelijk een, man van God wordt
zul je weten hoe je vijanden moet verzoenen
hoe je haat in vrede kunt veranderen.
Alleen een ware dienaar van God kan dat”
(E. Chacour, (Palestijns-Joodse aartsbisschop die tracht verzoening te bewerken) in ‘Kinderen van één Vader’, p.68)

De omstreden goeroe Osho alias Bhagwan, (gest. 19-1-90) zei:
“Spreek nooit over mij in de verleden tijd. Mijn aanwezigheid
na mijn dood zal veel intenser zijn. Ik laat jullie mijn droom na”.

Wie mij ziet, ziet de Vader
“We zijn met z’n tweeën, maar we zijn één”. (H. Oosterhuis). Hier worden 2 talen gesproken: de één van getallen en cijfers, de ander een persoonlijke, existentiële taal. Ze zijn allebei waar. Hangt van hoe je kijkt, hoe je denkt, af.
Veel doordenkertjes, grappen, maar ook misverstanden en ruzies berusten op dit principe. Zie bijv. het Rode Kruis: “Wij zijn overal, maar zonder jou nergens”. Of ook in: “Eenzaam, maar niet alleen”. En zie hoe nu bij de coronacrisis de ‘zorg voor het leven’ van de ene kant isolatie vraagt en hoe diezelfde ‘zorg voor het leven’ vraagt dat minstens eigen dierbaren op bezoek kunnen komen. Hier worden verschillende taalregisters omtrent ‘Leven’ gebruikt. “Corona beneemt ons de adem”. En bedenk hoe Pilatus in het proces tegen Jezus uitroept: “Wat is waarheid?” (Joh. 18.38). Hij spreekt een andere taal dan Jezus. Er zijn vast meer treffende voorbeelden. Zo zei minister de Jonge: “We houden afstand, maar zijn misschien wel dichterbij dan ooit”. En een blinde jongen van Bartimëus riep tegen zijn blinde vriendje dat tegen hem opbotste: “Hé joh, kun je niet uitkijken?” Zo kun je ook vragen: Vanuit welk taalregister lezen wij Bijbelse verhalen?

Chronos = hebben – kairos = zijn.
In TROUW d.d. 11 mei 2020, blz. 6, staat een interview met Joke Hermsen (door Marije Verbeek). Daarin wordt onderscheid gemaakt tussen het Griekse ‘chronos’ (denk aan chronologie) en ‘kairos’. Ook Marcus 1.14: “De tijd is rijp” – spreekt van ‘kairos’. Dus Jesus komt precies op het juiste moment!
Joke Hermsen verbindt dit met ‘hebben’ dat bij een ‘chronos’ -tijdsopvatting, en ‘zijn’ dat bij een ‘kairos’ -tijdsopvatting zou horen!!! Het gedicht van Ed Hoornik: ‘Hebben en Zijn’ is dus bij deze coronacrisis weer zo actueel als maar kan! (Moeten we misschien eens op terug komen. (hb))
Artikel Joke Hermsen: zie ‘mijn Trouw.nl’.

Hier is het schitterende gedicht van Ed Hoornik.
Waarvoor gaan de scholen nu open? Voor ‘hebben’ of voor ‘zijn’?
Wat hoop je dat jij zelf en de school en de-school-van-het-leven je kind meegeven?

‘Hebben’ en ‘zijn’
Op school stonden ze op het bord geschreven.
Het werkwoord hebben en het werkwoord zijn;
Hiermee was tijd, was eeuwigheid gegeven,
De ene werklijkheid, de andre schijn.
Hebben is niets. Is oorlog. Is niet leven.
Is van de wereld en haar goden zijn.
Zijn is, boven die dingen uitgeheven,
Vervuld worden van goddelijke pijn.
Hebben is hard. Is lichaam. Is twee borsten.
Is naar de aarde hongeren en dorsten.
Is enkel zinnen, enkel botte plicht.
Zijn is de ziel, is luisteren, is wijken,
Is kind worden en naar de sterren kijken,
En daarheen langzaam worden opgelicht.
Ed Hoornik

Henk Bloem, pastor

Meer verdieping in de lezingen van komende zondag: lees hier