Enkele notities ter overdenking van de lezingen van deze week. Over macht der barmhartigheid, panda’s, draken, wolven en nog heel veel meer.

De macht van barmhartigheid
“De bedreiging van het bestaan van iedere mens en van elke samenleving, van elke nationaliteit en van elke godsdienst is gelegen in hun fundamentele beperktheid… De ontsporing begint wanneer die beperktheid, de begrensdheid in de ander gezocht wordt. Die krijgt dan de schuld…De enige remedie is het sterven aan zichzelf.” (H. van Munster, De Mystiek van Franciscus: de macht van barmhartigheid, blz. 52-56). Let wel: de ‘macht’!

“Waar volmaaktheid verwacht wordt, waar het ‘eigen volk’ hooggeacht wordt, waar ‘vooruitgang’ de alles bepalende waarde is, moet de beperkte mogelijkheid van de andere mensen, van degene die niet productief is, van het andere volk is , verdwijnen…Radicale utopieën en ongebreideld voortgangsgeloof offeren mensen op aan idealen! Voor mensen die niet passen in de dynamiek van een steeds toenemende productiviteit, is geen plaats meer. Wie zich niet wil richten op de nationale of religieuze referentiekaders, moet verdwijnen. Wie de waarheid in bezit genomen heeft, ziet het eenvoudige ‘volk dat de waarheid niet kent’, niet staan.” (H. van Munster, De mystiek van Franciscus: de macht der barmhartigheid, blz. 42-56)

Een opa vertelde zijn kleinkind:
“Het lijkt wel of er twee wolven in mij met elkaar vechten – een zwarte en een witte. De witte is goed en bijt niet. Leeft met alles om zich heen in harmonie, zoekt vrede. Wil geweldloos zijn en vredelievend. De zwarte is vol angst. Het minste of geringste brengt hem in paniek, en dan slaat hij erop. Denkt niet meer na, reageert als een veer. Soms is het heel moeilijk met deze twee wolven in mijn ziel te leven, want allebei proberen ze mijn ziel te beheersen”.
De kleine keek opa heel aandachtig in de ogen en zei: “En welke wint het, opa”
Opa glimlachte en zei: “De wolf die ik voed”. (TGL 2003/3 blz.225)

De kleine draak
De kleine draak vroeg: “Maken slechte gedachten mij tot een slecht iemand?” ”Nee,” zei grote Panda, “golven zijn niet de zee, gedachten zijn niet de geest”.
(J. Norbury, Grote panda en kleine draak)

Gerechtigheid, vroomheid en vrede
Gerechtigheid, vroomheid en vrede
Zijn als de kleren, die
Mensen aandoen als ze
Toeleven naar een feest

Gerechtigheid is:
Het brood dat je breekt bij honger,
Het rondje, dat je weggeeft aan dorstigen,
De jas, die je deelt bij kou,
De asielzoeker, die je opzoekt,
De zieke, waar je een middag bij blijft.
De brief die je schrijft aan een gevangene,
De herinnering aan je overleden geliefden

Vroomheid is:
De adem van geloof
De kracht van hoop
De emotie van liefde
De volheid van gebed

Vrede is:
Je hand die liefheeft en niet slaat
Je woord dat verbindt zonder haat
Je koopgedrag met inzicht rond merkenoorlog
Jezelf, die voor anderen openstaat.

Gerechtigheid, vroomheid en vrede
Zijn als zoete druppels,
Die achter elkaar vallend
Zelfs de hardste steen hollen.

Gerechtigheid, vroomheid en vrede,
zijn de kringen op het water
die de erin geworpen steen maakt
waardoor, na het zinken,
de stroom van de rivier verandert.
(Hub Crijns)

Henk Bloem, pastor

Meer verdieping in de lezingen van deze zondag: lees hier.