Het begrip ‘hemels’, zoals gebruikt in de schriftlezing van deze week, duidt op een bijzondere kwaliteit van leven, een kwaliteit die niet mag ondersneeuwen onder de dagelijkse zorgen. Lees er meer over in de blogs.

“Onze Vader die in de hemel zijt”. Deze bewoording kan misleidend zijn. “In de hemel” is geen plaatsaanduiding, maar een kwaliteitsaanduiding. De hemel is overal en nergens. Hoor een kind dat, staande bij het graf van oma, de kist ziet dalen in het graf en zegt: ” Nu is de hemel in de grond”.
Het is ook geen tijdsaanduiding. Hemel is juist tijdloos.Of dat lang is, weet ik niet. Klokken of horloges zijn er niet.

 

Frère Roger schreef: “Bij het zien van zovelen die het geloof willen loslaten, zijn er christenen die zich troosten met de gedachte dat er toch altijd een “kleine rest” zal overblijven. Maar, vraagt de monnik Roger, komt er dan nog iets terecht van de universele roeping om gist van de gemeenschap, gist van de wereldbevolking te zijn? “

 

Nelson Mandela bij zijn inaugurale rede voor het presidentschap van Zuid-Afrika:

Onze diepste angst is niet dat we ontoereikend zijn.
Onze diepste angst is dat wij oneindig machtig zijn.
Het is ons licht, niet onze schaduw die ons het meest beangstigt.
Wij vragen ons af: wie ben ik om briljant te zijn:
aantrekkelijk, talentvol, geweldig.
Maar, waarom eigenlijk niet?
Je bent toch een kind van God.
Met je onbelangrijk voordoen bewijs je de wereld geen dienst.
We zijn allemaal bedoeld om te stralen als kinderen.
We zijn geboren om de glorie van God die in ons woont uit te dragen.
Die is niet alleen maar in sommigen van ons, die is in iedereen
En als wij ons licht laten stralen,
geven we anderen onbewust toestemming hetzelfde te doen.
Als wij van onze eigen angst bevrijd zijn
bevrijdt onze aanwezigheid vanzelf anderen.