Schriftlezingen: Jozua 24:1-2a,15-17,18b en Johannes 6:60-69

Het maakt dus wel uit waar je in gelooft! Dat blijkt uit de keuze die Jozua aan het volk voorlegt. De woorden “Toen zij voor God stonden” (vers 1) geven aan: nu komt het erop aan.
Jozua vraagt: Wilt u dienaren van de Heer zijn of wilt u de goden dienen zoals uw voorouders? Zegt u ‘zo spreekt God’ of ‘zo spreekt de Heer, de God van Israël?’ De God van Israël is dus niet een van de velen goden, maar heeft een eigen naam: ‘De Heer’, of in het Hebreeuws: JHWH. De Heer JHWH is niet zomaar één van de vele goden.
We horen alleen de opmaat (24.1-2a) en het eind (24.15-17) van Jozua’s slotrede. Het tussenliggende is weggeknipt maar we horen nog dat het volk voortaan moet kiezen wie zij willen dienen: De Heer (U weet nog: JHWH) of de goden (algemeen: elohiem) van Egypte, van vroeger.
Jozua heeft zelf al ‘voor de Heer’ gekozen, voor JHWH, die hen uit ’t slavenhuis geleid heeft, hen dit land gegeven heeft, de God van Israël. In vers 1, nog voordat er gekozen wordt, staat ’t algemene woord ‘God’ (Hebreeuws ‘elohiem’). Jozua stelt hen voor de keus of ze ‘De Heer’ (vers 14 JHWH) willen dienen dan wel de ‘elohiem’. Hij waarschuwt nog (vers 19 vv) dat ze niet te licht over deze keuze moeten denken; het heeft consequenties. Het volk kiest met overmoedig enthousiasme: “Wij willen de Heer dienen en naar zijn stem luisteren”.

De evangelielezing vertelt van het groeiend verzet en gemor. Waren het eerst alleen ‘de Joden’, vers 41 en 52, die moeite hadden met Jezus, nu melden zijn leerlingen zich ook. Zij ‘morren’ en hun leerlingschap staat op het spel. Jezus’ onderscheidt tussen geestelijke en vleselijke zaken, en zijn claim dat hijzelf voor de geestelijke kant, voor het Leven staat, verergert de situatie alleen maar; vele leerlingen haken definitief af. In deze paar verzen is drie keer sprake van ‘de twaalf’. Als om te zeggen hoe schrijnend het is dat deze intimi groep kan afhaken: jullie OOK? (vers 67). Volgens Petrus blijven ze hem trouw omdat Jezus eeuwig leven verkondigt – dus aan de Geest-kant van het leven zit. Maar precies daar in de kerngroep van de twaalf speelt de radicale keuze tussen: Geestelijke en Vleselijke kant van het leven. En alleen wie zelf brandt kan vuur doorgeven aan anderen

In Duitsland zeggen ze: Es lebe der Kaiser.
In Engeland: God save the King.
In Rusland: God zegene de Tsaar (op z’n Russisch).
En zo hoor je in alle landen in hun moedertaal
een overeenkomstig gebed.
Ik echter, rabbi Leib Jitschak van Berditsjev
zeg: Groot en geheiligd zij zijn Grote Naam.
(A Herzberg, Brieven aan mijn grootvader, blz. 17)

Henk Bloem, pastor

Voor de blogs bij de lezingen van deze zondag: lees hier.