Schriftlezingen: Jesaja 50:4-7 en Marcus 11:1-25 en 14:1-15,47

Palmzondag. Marcus vertelt door zijn opbouw ook nog dingen die hij niet zomaar recht voor z’n raap wil zeggen. Kijk maar:
A. (Marcus 11.1-11) Plaats van handeling: Jeruzalem. De leerlingen stelen een ezel. Hun woorden “De Heer heeft het nodig” zuivert hen in een klap van kwalijke bedoelingen. Jezus trekt als triomfator Jeruzalem binnen – op een ezeltje, niet als (al)machtige heerser (Zacharia 9) – en de mensen verwelkomen hem als Davidische Messias. Dat zet bij de leiders de haren overeind. Hij gaat de tempel binnen maar is daar gauw uitgekeken omdat het al laat is.
B. (Marcus 11.12-14) De volgende morgen (andere tijd) ziet hij een vruchteloze vijgenboom. Logisch, want het is niet het seizoen voor vruchten. Hij verwenst de boom dat ze nooit meer vruchten zal dragen. De scene met de vijgenboom staat ingeklemd tussen twee Jeruzalem scenes! Zou dat “nooit meer vruchten” op Jeruzalem en daarmee op de tempel slaan? Voor altijd vruchteloos! Geeft Marcus met het korte zinnetje “zijn leerlingen hoorden dit” soms aan dat er spanning, zelfs een tegenstelling is tussen die nutteloze vijgenboom en de leerlingen? Duidt hij daarmee aan: zij niet en de leerlingen wel?
A. (Marcus 11.15-19) Plaats van handeling: Jeruzalem en tempel. De tempel is een rovershol geworden. Jezus zuivert haar om weer huis van gebed te zijn.
B. (Marcus 11.20-25) ‘s Morgens vroeg vestigt Petrus de aandacht op de vijgenboom die op Jezus’ woord verdort. Ziet u de constructie AB-AB? Het hart van Jerusalem, B dus, brengt geen vruchten voort! De leerlingen echter krijgen vertrouwen en hoopvolle woorden mee
Zo zit er een polemische toon verpakt in de verschillende etappes van het verhaal. En uit het vervolg blijkt de breuk tussen de voltallige leiding – Hogepriesters, Schriftgeleerden en Oudsten – en Jezus. Hij kwam ook maar één keer in Jeruzalem en de tempel – tenzij we de opdracht toen hij 12 jaar was, ook meetellen – en dat was meteen de laatste keer.

Palmzondag. Velen van het volk zagen uit naar een terugkeer van de dagen van koning David. Het wordt een andere terugkeer: op een ezel! Ze spreiden kleren uit, snijden twijgen – nu zou dat vandalisme heten – verwelkomen Jezus als Redder in Nood. Maar de jubel is van korte duur. Ze wordt, zoals steeds, neergeslagen. Deze intocht is ook opmaat naar het triduüm sacrum. Drie dagen:
1) Witte Donderdag – De dag dat Hij met zijn leerlingen het Paschabrood breekt en deelt: Dit is mijn Lichaam, voor jullie gegeven.
2) Goede Vrijdag – De dag die paradoxaal Goede Vrijdag heet.
3) Pasen – de dag van nieuw licht, levend water en leven sterker dan de dood.

Henk Bloem, pastor

Voor blogs bij de lezingen van deze zondag: lees hier.