De Hernhutters spreken niet van kerkhof, maar van Godsakker. Op Paasmorgen om 06.00 uur gaan ze met hun muziekkorps naar de Godsakker om tussen de graven de Opstanding van Christus en de gedachtenis der gestorvenen te vieren. Alle vier Evangelisten vertellen zowel  dat het de eerste dag van de week was én op het moment dat donker overging in Licht. Zo laten ze voelen dat Jezus’ opstanding iets geheel nieuw was. Zij wilden niet zozeer het exacte tijdstip aangeven – dat konden ze ook niet; ze waren er niet bij- maar wilden de betekenis van Jezus opstanding aanduiden. Dat dit namelijk én met ‘eerste’, met ‘nieuw’ van doen had én dit als een overgang van donker naar licht was– dus alles leeft ervan op! Vandaar dat de liturgie in de kerk steeds begon met het binnendragen van de lichtende kaars in de donkere kerk: “Licht van Christus”. —”Heer, wij danken U.” En die Paaskaars blijft tot Pinksteren of soms ook het hele jaar als lichtend teken branden.

Soms spreekt een gedicht meer dan alle redeneringen:

Als je dan soms eenzaam rouwt,|
omdat het leven sterfelijk blijkt.
Rust diep in ons dat vertrouwen
dat sterven juist tot leven leidt.

(E. Rosenthal, juli 1999)

Goede Pasen aan allen (Henk Bloem, pastor)