Op weg naar Kerstmis; eerst nog de Adventszondagen: ‘Hij komt eraan’. Dan de Kerstvieringen- niks spectaculairs: een voerbak, vluchtelingen, aan de rand van de samenleving. Maar misschien is dàt juist spectaculair: dat Hij (God met ons) zo achteraf, zo ongezien geboren wordt.

*Een Belgische prof. (sorry, ik weet de naam niet), schrijft: ”God doet zijn volk vanuit de ballingschap niet terugkeren naar het beloofde land. Maar brengt zijn volk juist náár het beloofde land. En ik raak er steeds meer van overtuigd dat dit de visie achter het boek Ezechiël is: “het volk moet het ware beloofde land nog bereiken” .

En daar hoort ook bij: : We bidden steeds: “uw Rijk kome” waarin besloten is dat het ware Rijk Gods er nog niet is, nog moet komen. We vangen er steeds de mogelijkheid van op. Maar, zoals Coretta King na de moord op haar man zei over de komst van het rijk Gods: “Maar het duurde maar voor even”.

* De Duitse Dominee Niemöller schreef:
” Toen ze de communisten arresteerden heb ik gezwegen. Ik was toch geen communist.
Toen ze de socialisten vervolgden heb ik ……
Toen ze tenslotte ons aanhielden, was er niemand over om ons te verdedigen.”

* De winnaar van de Erasmusprijs zei: ”Ik ben voorzichtig met uitspraken over waar we zijn als mensheid en waar we moeten uitkomen. Maar ik denk wel dat mijn optimisme voortkomt uit het kijken naar het verleden en dan beseffen waar we nu al zijn.”  “Kijken naar het verleden”: Is christen zijn niet vooral: kijken naar de toekomst, naar het Koninkrijk Gods waar je tot nu toe steeds slechts een glimp van hebt opgevangen. Dat Koninkrijk waar je op hoopt, om bidt: Uw Rijk kome.

Henk Bloem